Tuintelling als waarschuwingssysteem?
02-07-2021 | tuin | vogels | ziekte | het geel

Het is een treurig gezicht; dode of zieke vogels in de tuin. Soms is de oorzaak daarvan een vogelziekte. Groenlingen zijn bijvoorbeeld vatbaar voor het Geel en sinds een paar jaar in aantal afgenomen. Of er een direct verband bestaat, moet natuurlijk worden onderzocht. Het is dan ook fijn wanneer een dergelijke uitbraak snel in kaart kan worden gebracht. Hier ligt een schone taak voor de vele ‘tuintellers’ die ons land tegenwoordig rijk is!
Sinds 2015 bestaat de Jaarrond Tuintelling, een initiatief van Vogelbescherming Nederland en Sovon Vogelonderzoek Nederland samen met een aantal soortorganisaties. Deelnemers tellen per week welke vogelsoorten in welke aantallen in de tuin zijn gezien. En niet alleen vogels worden geteld, maar zo goed als alle beestjes en planten die de deelnemers zelf willen tellen. En dat in 25.500 tuinen.
Met zoveel deelnemers die al zo lang goed in hun tuin kijken, is het interessant om te onderzoeken of we de gegevens die hieruit naar voren komen ook toe kunnen passen voor de bescherming van vogels.
Ziektes 'voorspellen'?
Een van de zaken waaraan de Jaarrond Tuintelling ook kan bijdragen, is het in kaart brengen van de aantallen van vogels die kampen met vervelende ziektes. Het is dan ook niet voor niets dat het onderzoek van Sovon vink en groenling betrof. Want we weten dat vooral groenlingen (maar in het buitenland ook vinken) zeer bevattelijk zijn voor de ziekte ‘het Geel’ (Trichomonas) en dat dit grote gevolgen kan hebben voor de stand van deze vogels.
Groenlingen zijn sinds 2015 bijvoorbeeld met 10% per jaar afgenomen. En gezien het feit dat ook hier sterfte is vastgesteld door het Geel, bestaat het vermoeden dat deze afnames in ons land (deels) samenhangen met uitbraken van deze ziekte. Voor de vink werden overigens, anders dan in Groot-Brittannië, géén aanwijzingen gevonden dat de Trichomonas een rol speelt in aantalsveranderingen.
Kortom: wanneer we gegevens van het optreden van deze ziekte (zoals verzameld door het Dutch Wildlife Health Centre) naast de wekelijkse tuintellingen leggen, dan is het hopelijk mogelijk om vogelziekten als deze (of wellicht ook andere) aan te zien komen.
Meten = weten
De verzamelde gegevens worden beheerd door Sovon. Op verzoek van Vogelbescherming heeft Sovon onlangs gekeken of de gegevens van die tuintellingen ook geschikt zijn voor het opsporen van aantalsveranderingen van vogelsoorten. Dit is bekeken voor de vink en de groenling, twee algemene tuinvogels.
Om te beginnen blijken de tuintellingsresultaten heel goed overeen te komen met andere telprojecten van (stads)vogels in Nederland. Met andere woorden, de tuintellers doen het goed en de tuintelling doet ook waarvoor het deels ook is gestart: een vinger aan de pols houden van onze tuinvogels (en andere -dieren en -planten). De inzet van de tuintellers levert dus een nuttige bijdrage!
Volgende stap
Nu duidelijk is dat de tuintellers betrouwbare data verzamelen, kunnen we dus ook kijken naar de effecten van ziektes als Trichomonas op de vogelstand. Wellicht kunnen we dan tijdig maatregelen nemen als een nieuwe uitbraak zich aandient (zie ook verderop). Nader onderzoek moet nu aantonen of er inderdaad een direct verband is tussen aantalsschommelingen bij de groenling en het Geel.
Draag je steentje bij en tel ook mee.